Kort was er het idee om deze pagina van mijn website niet responsive te maken. Want weinig maakt duidelijker wat responsive webdesign is én belangrijk maakt dan een voorbeeld tegenkomen van hoe het niet hoort. Als je deze pagina op je telefoon bekijkt en je krijgt de website te zien zoals hij voor een laptop gemaakt is, dan weet je gelijk dat er iets aan de hand is.

Toch, uiteindelijk kon ik het niet over mijn hart verkrijgen. Tegenwoordig moet een website gewoon responsive zijn. Zo’n responsive ontwerp past zich namelijk aan alle schermgroottes aan, waardoor de user experience op elk apparaat optimaal is.

Het ontwerpen van een responsive webdesign wordt tegenwoordig een stuk makkelijker gemaakt dankzij tools zoals Figma, die automatisch helpt om de layout te optimaliseren voor meerdere schermbreedtes.

Het is belangrijk om de ontwerpen voor al die schermbreedtes te maken, omdat we als digitale ontwerpers de touwtjes graag in handen houden. Wat als een front-end developer ineens met ons kindje aan de haal gaat en zelf bepaalt hoe een website van desktop naar smartphone moet schalen? Nee, wij ontwerpen de ervaring voor de eindgebruiker en geven dus ook vorm aan hoe een website eruit ziet op een groot scherm en bepalen wat er vervolgens gebeurt als het ontwerp op een klein scherm wordt bekeken.

Gelukkig helpen webtechnieken ons met ons werk. We hoeven namelijk niet voor álle schermgroottes een nieuw ontwerp te maken. In plaats daarvan werkt responsive design met 'break points', punten waarop de onderdelen van een design opbreekt in kleinere stukken. Zie je op een groot scherm vier kolommen naast elkaar? Op een tablet worden het er twee en op een smartphone één.

Door een website responsive te maken, help je overigens niet alleen de eindgebruiker, maar ook jouw klanten. Omdat Google tegenwoordig geweldige usability op smartphones hoger scoort dan voor desktops, worden pagina's die goed responsive zijn ook beter gevonden via 's werelds grootste zoekmachine.